Achtergrond

Nieuwbouw Philadelphia: De sfeer van koffie met appeltaart

10 februari 2014

Welke gevoelswaarden zijn belangrijk voor cliënten, ouders en begeleiders bij nieuw te bouwen woningen in Haarlem? Philadelphia liet een architect onderzoek doen. De belangrijkste waarde bleek: huiselijkheid.

Toen Floris begin jaren zeventig geboren werd, namen Oscar en Tatiana Heijn zich voor: ‘Als hij twintig is, zorgen wij dat Floris in een leuk huis woont.’ En zo geschiedde. Samen met ouders van vijf vrienden van Floris richtten ze een stichting op die een prachtige woning in een jaren dertig wijk in Haarlem kon kopen: Het Vriendenhuis. Zorg namen ze af bij Philadelphia.
Inmiddels is Floris bijna veertig en woont hij zeventien jaar in het huis. En zijn ouders moesten concluderen dat Het Vriendenhuis geen toekomstbestendige oplossing meer is. Oscar Heijn: ‘Het is niet meer op te brengen. Het pgb neemt af, terwijl de zorgkosten alleen maar toenemen. Bovendien worden Floris en zijn vrienden ouder. En daar leent dit huis met zijn trappen zich minder voor. En ook wijzelf zijn niet jong meer. Ik heb niet meer altijd de energie om om elf uur ’s avonds naar het huis te rijden, omdat er een verwarming piept.’
De ouders gingen om de tafel met Philadelphia. Projectontwikkelaar Zorg en Wonen Digna Hagoort: ‘Behalve Het Vriendenhuis, waren er ook nog andere locaties die toe waren aan nieuwe huisvesting. In totaal ging het om 69 cliënten. Toen hebben we gezegd: hoe kunnen we nu in gezamenlijkheid een oplossing vinden? We hebben iemand gezocht die alle bobo’s en borrels in Haarlem kent. Zij deed ons in korte tijd zestig locaties aan de hand die we allemaal bezocht hebben. Uiteindelijk bleven er zeven over. En de meest geschikte leek een woontoren waar we tachtig cliënten konden huisvesten. Nou, dat was wat. Wij hebben allemaal een Philadelphiahart. We gaan voor kleinschaligheid. En dan een tóren? Maar het leek toch de beste oplossing: we konden binnen de toren zelfstandige en minder zelfstandige plekken maken en de toren staat in een leuke buurt. We hebben het dus voorgelegd aan de raad van bestuur.’

Meer dan woonwensen
Het bestuur zei: laat eerst eens goed onderzoeken of dit nou werkelijk het beste idee is. Architect Berit Ann Roos, toen nog werkzaam bij architectenbureau Onix, ging ermee aan de slag. Ze onderzocht de waarden van cliënten, ouders en begeleiders en vertaalde die in ruimtelijke voorwaarden. Roos: ‘Ik werk bewust niet met woonwensen. Het nadeel aan wensen is dat ze vergankelijk zijn. Wat je dit jaar mooi vindt, kan volgend jaar wel weer heel anders zijn. Terwijl gebouwen in de zorg minstens veertig, vijftig jaar goed dienst moeten doen. Waarden liggen dieper dan wensen, ze zijn daarmee duurzamer. Vergelijk het met de nieuwbouw van een eigen huis. Een opdrachtgever zegt tegen mij: ik wil een erker. Dat is een wens. En natuurlijk kan hij die erker krijgen. Maar ik vraag liever door. Waaróm wil je die erker? Omdat je graag het buitengevoel hebt, of bijvoorbeeld omdat je graag gezien wilt worden? Dat zijn waarden, en dat is het doel, die erker is maar een middel. Het gesprek over waarden is interessant, omdat je net zo lang doorvraagt totdat je tot de kern komt. Daar zit vaak een dilemma: hoe verhoudt de verantwoordelijkheid van de begeleider zich tot de privacy van de cliënt bijvoorbeeld? Uit het oogpunt van verantwoordelijkheid zou je kunnen zeggen: we plaatsen overal grote ramen, dan kunnen we alles in één oogopslag overzien. Maar dat gaat ten koste van privacy. Doordat je zo tot de kern van de dingen komt, kun je prioriteren en raken de betrokkenen echt met elkaar in gesprek.’
Roos vroeg niet alleen cliënten, maar ook ouders en begeleiders naar hun waarden. ‘Ouders zeggen al snel: als mijn zoon of dochter maar gelukkig is, ben ik dat ook. Terwijl de doelstelling zou moeten zijn dat ouders zich in zo’n huis ook thuis voelen, en het prettig vinden om er te komen.’

Gevoels Progamma van Eisen
De verkenning leverde duidelijke waarden op. Over de woontoren stond in het rapport van Roos: Het kan, maar dan moet je de kleinschaligheid wel goed bewaken. Hagoort: ‘Inmiddels was de toren sowieso van de baan, omdat we daar tachtig cliënten zouden moeten huisvesten, en we de groei van 69 naar tachtig niet meer reëel vonden. We gebruiken de waarden daarom voor andere nieuwbouw.’
De belangrijkste waarde volgens de verkenning is aandacht. Regiodirecteur Margreet Roukema van Philadelphia: ‘Een moeder noemde het “koffie met appeltaart gevoel”.’ En wat ze bedoelde was huiselijkheid. Dit is míjn huis, niet een zorginstituut waar mijn zoon of dochter toevallig woont.’ Floris’ moeder Tatiana Heijn: ‘En dat zit in kleine dingen. Ik zag hier net dat iemand een briefje op de koelkast had geplakt met: “Groenten in de koelkast, niet erbuiten!!!” Nou, dat doe je thuis ook niet.’
Hagoort: ‘Gezelligheid klinkt als een vanzelfsprekende waarde. Maar in de zorg is niets vanzelfsprekend. Als je bijvoorbeeld een woning hebt voor dementerende ouderen met het syndroom van Down, dan moet je daar rekening mee houden in je inrichting. Schaduwen maken angstig, net zoals al te gezellige patroontjes op het vloerkleed. Soms is een TL-balk dan een oplossing, maar dat is niet gezellig te noemen. Daarom houden we het rapport van de waardenverkenning naast alles wat we doen. Ik stuur het straks als een Gevoels Progamma van Eisen mee naar een architect.’

Ruimtelijke voorwaarden
De waardenverkenning leverde behalve huiselijkheid, ook de basiswaarden geborgenheid en warmte op. Daarnaast zoomde het onderzoek in op drie groepen bewoners die samen met socioloog Sineke ten Horn gedefinieerd zijn: gezelligheidsmensen, individualisten en structuralisten. Roos: ‘Deze groepen hebben alle drie andere behoeften. Gezelligheidsmensen houden van nabijheid, individualisten van zelfstandigheid - zij hebben meestal uitgesproken hobby’s - en structuralisten willen graag overzicht. Bij deze verschillende behoeftes horen verschillende waarden. In de ruimtelijke voorwaarden hebben we weergegeven hoe we aan al die verschillende waarden tegemoet kunnen komen.’
Een mooi voorbeeld daarvan is de woonkamer. Die is uit het oogpunt van efficiency vaak rechthoekig, met een zithoek rond de televisie en een eettafel aan de andere kant. Roos: ‘Je kunt daar ook verschillende hoeken in creëren, zodat mensen ergens een spelletje kunnen doen, wat kunnen tekenen, kletsen of tv kijken. Zo kan iedereen erbij horen.’
Philadelphia heeft uit de waardenverkenning dertien ruimtelijke voorwaarden geselecteerd. Dit zijn onder meer: de woning heeft een wijkgerichte positie, de locatie is herkenbaar als woning en er is voldoende ruimte voor verschillende activiteiten in de gemeenschappelijke ruimte.
Philadelphia in Haarlem heeft inmiddels een geschikte locatie voor nieuwbouw gevonden. Nu zit de organisatie in de fase van besluitvorming en vergunningen. De hoop is dat de bouw van de nieuwe locatie volgend jaar rond deze tijd begonnen is. Corry Bak (79) woont in De Vlieger, een locatie van Philadelphia die straks ook meegaat naar de nieuwbouw. De Vlieger is een flatgebouw, en past qua indeling niet meer bij de huidige ondersteuningsbehoeften. Mijntje Los is er begeleider. ‘Het is hier wat onoverzichtelijk doordat je steeds met een lift moet, en de appartementen liggen relatief ver uit elkaar. Daar wordt het niet gezelliger van.’ En die gezelligheid, daar gaat het om. Bewoonster Corrie Bak: ‘Ik heb vroeger bij de nonnen gewoond en daar was het geweldig. Gingen we samen handwerken en spelletjes doen. Dat mis ik. Ik hoop dat er in het nieuwe huis meer mensen wonen die van spelletjes houden, dat je ’s avonds lekker Rummikub speelt aan de grote tafel.’

Meer weten over waarden van cliënten, ouders en begeleiders bij nieuwbouw en de vertaling in ruimtelijke voorwaarden: info@beritannroos.nl.

Johan de Koning
Wil je meer weten?
Neem contact op met Johan de Koning