Nieuws

“Ze had geen tijd voor gevallen zoals ik”

05 december 2017

“Onze samenleving moet toegankelijker worden voor mensen met een beperking. Er is werk aan de winkel voor de overheid, het onderwijs en werkgevers. Maar ook voor de mensen in onze maatschappij”, vindt Mireille de Beer. Mireille heeft een licht verstandelijke beperking als gevolg van een hersenbeschadiging op jonge leeftijd. Haar grootste vernedering was toen een benzinepompmedewerker haar toeschreeuwde: 'Ik heb geen tijd voor gevallen zoals jij!'

Mireille is 47 jaar, getrouwd met Rob en samen wonen ze in Tilburg. Vanwege haar verstandelijke beperking verwerkt ze informatie langzamer. Ook vindt ze het moeilijk om te schakelen van het ene onderwerp naar het andere. “Dan ontstaat er een soort onweer in mijn hoofd.

Jammer dat ik geen vak heb kunnen leren

Mireille heeft vroeger op het speciaal onderwijs gezeten. Ze heeft een paar opleidingen geprobeerd, maar moest steeds vroegtijdig afhaken. “Ik wilde zo gewoon mogelijk meedoen en daar hoorde een opleiding bij. Helaas was het tempo niet bij te benen voor me. De docenten dachten dat ik lui was, maar zagen niet hoe ik worstelde met de lesstof. Als ik extra hulp en íets meer tijd had gekregen, had ik een vak kunnen leren. Dat vind ik nog steeds jammer."

Zelfvertrouwen

Hoewel Mireille goed terecht is gekomen, vindt ze het jammer dat mensen met een beperking minder kansen hebben in onze maatschappij. “Vroeger werd er altijd gekeken naar wat ik niet kon en daardoor ging ik zelf denken dat ik niets kon. Totdat ik in contact kwam met de LFB, een belangenvereniging voor en door mensen met een beperking. Daar ontmoette ik mensen die me respecteren en in me geloven. Ik kreeg meer zelfvertrouwen, ontdekte waar ik goed in was en hoe ik mezelf verder kon ontwikkelen.”

Tegenwoordig werkt Mireille als ervaringsdeskundige bij de LFB en bij kenniscentrum Vilans. Door haar werk heeft ze leren omgaan met haar beperking, waardoor het haar steeds beter lukt om te schakelen tussen activiteiten en onderwerpen. “Het gaat zelfs zo goed dat ik sinds twee jaar geen begeleiding meer heb!”

Meer begrip voor elkaar

Dat mensen met een beperking steeds meer meedoen in de samenleving is een goede ontwikkeling, vindt Mireille. “Maar mensen moeten dan ook begrip tonen als iemand iets niet zo snel snapt.” Een negatieve ervaring had ze bij een tankstation toen ze de pomp voor brommers niet kon vinden. “Toen ik er binnen naar vroeg, legde de pompbediende me uit waar ik de pomp kon vinden. Na twee keer uitleggen snapte ik het nog steeds niet en toen werd de bediende zo boos op me. Ze begon te schreeuwen en zei dat ze geen tijd had voor gevallen zoals ik. Dit was een enorme dreun, ik voelde me ineens minderwaardig.”

Gelukkig staan er ook positieve ervaringen tegenover. “Toen ik laatst de NS belde over mijn OV-jaarkaart, kwam ik er niet uit met de vrouw die ik aan de lijn had. Ik ben toen naar de balie op het station gegaan. De medewerkster heeft voor mij het callcenter gebeld en regelde alles. Het duurde alles bij elkaar zeker een uur. Ik was haar zo dankbaar dat ik haar een paar dagen daarna een flesje wijn heb gebracht. Sindsdien ga ik naar haar toe als ik een vraag heb over mijn OV-jaarkaart.”

Gelijke rechten voor iedereen

De VGN pleit voor gelijke rechten voor iedereen. Ook voor mensen die door hun handicap harder moeten knokken om mee te kunnen doen. Er zijn nog te veel belemmeringen voor mensen met een beperking om écht deel te kunnen nemen aan de samenleving. Soms gaat dat om het niet kunnen betreden van een gebouw. Ook zijn er niet te nemen barrières bij het volgen van een opleiding of vinden van werk. De VGN vraagt hiervoor aandacht bij de landelijke en lokale politiek, het onderwijs, bedrijfsleven en diverse instanties. Dat doen we onder andere via de campagne Nederland Onbeperkt en de verkiezing van de Meest Toegankelijke Gemeente van Nederland.

Deze pagina is een onderdeel van: