Nieuws

TNO levert leerzaam onderzoeksrapport over nachtzorg

30 mei 2018

Tijdens een symposium bij de VGN heeft TNO op 29 mei haar rapport gepresenteerd over de kwaliteit van de nachtzorg in de gehandicaptenzorg. Het rapport vloeit voort uit een onderzoek dat op verzoek van VGN is uitgevoerd. Het onderzoek is mede geïnitieerd door de berichtgeving vorig jaar in diverse media.
 

TNO geeft een beeld van de kwaliteit van de zorg in de nacht en de hoeveelheid ruimte die cliënten en hun verwanten hebben om zelf te kiezen hoe de nachtzorg vormgegeven kan worden. Zo’n 60 aanwezigen op het symposium, vooral medewerkers uit de nachtzorg, zien in het rapport een ondersteuning voor de wijze waarop de nachtzorg in ons land is georganiseerd.

Gedreven en betrokken

De VGN is blij met het onderzoek en noemt het een breed gedragen visie op nachtzorg, die cliënten een ongestoorde nachtrust biedt. “In de nachtzorg werken gedreven, betrokken en leergierige medewerkers,” reageerde VGN-directeur Frank Bluiminck tijdens het symposium.  “Het aantal calamiteiten is beperkt, waarbij we benadrukken dat van elke calamiteit geleerd moet worden. Als sector zijn we positief over de mogelijkheden van ondersteunende technologie in de nachtzorg. Met de komst van steeds slimmere systemen kan nóg beter tegemoet worden gekomen aan de grote diversiteit binnen de sector en de dilemma’s op het gebied van zelfstandigheid versus toezicht en privacy versus veiligheid.”

Uitdagingen

Er zijn ook een aantal uitdagingen. Goede communicatie met cliënten en hun vertegenwoordigers en gezamenlijke besluitvorming zijn essentieel voor succesvol maatwerk. Dorien Kloosterman van KansPlus constateerde tijdens het symposium dat de dialoog met verwanten en cliënten nog beter kan en dat er soms te grote verschillen zijn in de ervaren kwaliteit. “Daarom is het goed dat de discussie over de nachtzorg op gang komt en ook doorgaat”.

“We hebben als sector een taak om nachtzorg meer zichtbaar te maken, zowel binnen als buiten instellingen,” liet bestuurder Henk Kouwenhoven weten. Hij benadrukte dat het goed is dat dit onderzoek er nu ligt en dat het aanzet om meer aandacht te vragen voor de nachtzorg. “Het rapport geeft weer dat de kwaliteit van de nachtzorg goed is en dat er verbeterslagen zijn te maken. Het is goed dat de sector wil blijven leren en verbeteren. En het is van belang dat wij dit nog meer samen met cliënten en verwanten gaan doen.”

Meer kennis delen

De focus in de gehandicaptensector ligt op de levenskwaliteit en autonomie van de cliënt en dat staat soms op gespannen voet met veiligheid en toezicht, concludeerde Bluiminck na afloop van het symposium. “We moeten als sector meer werken aan de juiste en volledige beeldvorming. We kunnen aanwezige kennis van koplopers meer delen en de verbinding tussen dag- en nachtzorg verbeteren. Uiteindelijk gaat het om kwalitatieve, goede integrale 24-uurs zorg. Het is belangrijk dat we platforms organiseren die een sterkere positie kunnen innemen naar leveranciers, zodat innovatie sterker wordt gestimuleerd.”

Betere overdracht

De ook op het symposium aanwezige Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) ziet in de aanbevelingen uit het rapport aanknopingspunten voor hun toezicht, bijvoorbeeld op het gebied van kennis delen. De inspectie vindt dat organisaties van hun fouten moeten leren en ook de aansluiting van de nacht op de dag vraagt aandacht. IGJ benadrukte dat de gehandicaptenzorg sterk inzet op leren en verbeteren en vindt dat  “een groot goed”.

Het volledige rapport van TNO treft u aan als bijlage bij dit artikel.

Foto van Johan van Ruijven
Wil je meer weten?
Neem contact op met Johan van Ruijven

Deze pagina is een onderdeel van: