Technologie: ‘Kennis delen en innovaties opschalen, dat is de crux’
De belofte van nieuwe technologische toepassingen in de gehandicaptenzorg is onverminderd groot. Afgelopen jaar zette de VGN zich weer in om die technologische beloftes waar te maken. Door leden bij elkaar te brengen, de sector te vertegenwoordigen, en vooral: door kennis op te halen en te verspreiden. Ernst Klunder vertelt erover.

‘We hebben ons in 2024 gericht op de wetenschappelijke onderbouwing van nieuwe technologieën en de meerwaarde die ze leveren, en op het opschalen van al geïmplementeerde technologie. Beide vanuit de gedachte: we willen dat de toegevoegde waarde van technologie zo groot mogelijk is. En dan is het dus wel zaak dat we met zijn allen de juiste dingen doen.’
Leren van elkaar
‘We kunnen als zorgorganisaties enorm veel van elkaar leren. Daarom hebben we afgelopen jaar weer op veel verschillende manieren onze leden bij elkaar gebracht, om te informeren, stimuleren, en vooral om ze aan elkaar te koppelen. Uiteindelijk willen we de inzet van technologie versterken langs vier lijnen: het reduceren van stress en spanning, digitale zorgvormen, slimmer en aangenamer werken, en meer autonomie voor de client. Een voorbeeld. Om stress en spanning te reduceren, hebben we afgelopen jaar een koplopergroep gevormd, met vijf leden die eerder pilots hebben gedraaid met de Hume-sok. Dat is mooie technologie waarmee je stress en spanning bij cliënten kunt meten. De koplopergroep gaat die techniek nu opschalen, en wij kijken mee om de randvoorwaardelijke informatie op te halen. Hoe bed je technologie in je processen in? Hoe neem je medewerkers mee, hoe zorg je dat deze innovatie echt iets oplevert in kwaliteit en tijdsbesparing, en niet iets wordt dat je naast je reguliere processen doet?’
De inzichten die de koplopergroep oplevert, deelt de VGN komend jaar met haar leden. Net zoals ze dat al jaren doet met de opbrengsten uit andere samenwerkingsverbanden, die ze ook ondersteunt en faciliteert. ‘Het ophalen en verspreiden van kennis – en vooral: zorgen dat die ook daadwerkelijk toegepast wordt – is een kwestie van lange adem. En het moment dat een bepaalde ontwikkeling voor de ene organisatie relevant is, is anders dan bij anderen. De tijdlijnen van ontwikkelingen lopen zelden gelijk, en dat maakt het soms lastig om momentum te creëren.’
Lang niet altijd uniek
‘Dat is ook waarom we zoveel als mogelijk aan willen sluiten bij bestaande structuren, en bij generieke, liefst landelijke ontwikkelingen. Bijvoorbeeld Digizo.nu. Dat is een programma dat zich richt op het breed opschalen van innovaties als digitale en hybride zorg. Digizo is voortgekomen uit het Integraal Zorgakkoord. En wij zijn geen partij in het IZA, maar dragen de doelstellingen van dit initiatief wel een warm hart toe. Dus sluiten we aan. Dat betekent vooral dat we bij veel vergaderingen en overleggen de sector vertegenwoordigen. Zodat alles wat dit oplevert, ook zoveel mogelijk bruikbaar is in de gehandicaptenzorg.’
‘Als gehandicaptenzorg zijn we lang niet altijd uniek, maar soms wel. En áls dat zo is, moeten we erbij zijn. Neem bijvoorbeeld beeldzorg. Daar zijn inmiddels best veel leveranciers van, en Digizo kijkt als eerste of de randvoorwaarden zoals veiligheid goed op orde zijn. En vervolgens wordt ook gekeken: wat ís de meerwaarde? Dat kan voor ons anders zijn dan voor de VVT, en is zéker anders dan voor ziekenhuizen. Voor de VGN is het zaak om scherp te houden welke lessen en best practices voor toepassing en implementatie ook voor de gehandicaptenzorg gelden.’
Niche producten
‘We zien veel technologische oplossingen die zich echt richten op individuele cliënten. Die oplossingen zijn per definitie lastig te generaliseren. Dat zagen we afgelopen jaar ook bij de VGN Academie. Daar is een leergang Innovatie, waar iemand vol terechte trots het motortje liet zien waarmee een cliënt tóch zijn plantjes kon bespuiten. Dat is geweldig natuurlijk, maar vooral interessant voor die ene client. Toch kunnen we er wel iets mee. Want het product is vaak niche, maar het proces waarmee het product tot stand komt veel minder. Daarom brengen we in kaart: hoe kom je nou van uitdaging tot werkende oplossing?’
‘We zijn in 2024 ook aangesloten bij de ActiZ-WDTM Innovatieprijs, die vanaf nu dan ook de ActiZ-VGN-WDTM Innovatieprijs heet. Met die prijs willen we initiatieven stimuleren die vernieuwing in de langdurige zorg kunnen versnellen. Dit jaar werd de prijs gewonnen door HELP-T. Zij bieden met een draagbare badge een digitaal alternatief voor het ouderwetse kettinkje met persoonsgegevens. En daarmee veiligheid, meer mogelijkheden voor mobiliteit, en zelfredzaamheid.’
Informatie delen
Verder was de VGN informatiedeler voor subsidies zoals de STOZ (Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg). En praatte de vereniging namens de branche mee in landelijke overleggen. Bijvoorbeeld over de Nationale visie en strategie op het gezondheidsinformatiestelsel. En over het iWlz-Netwerkmodel. ‘Dat gaat allemaal over het uitwisselen van informatie binnen de zorg. Dat willen we natuurlijk snel en veilig doen, maar daar komt heel veel bij kijken, zeker als je er standaarden aan wilt hangen. Die trajecten lopen dan ook al lang. En zeker de iWlz wordt steeds breder. Inmiddels is ook het sociaal domein betrokken. Daardoor wordt het proces natuurlijk ook complexer en lastiger te beheersen. Maar het doel wordt nog steeds onderschreven, ook door ons. We willen dat de juiste data op het juiste moment beschikbaar is voor de juiste mensen. De weg daarnaartoe kost alleen meer tijd dan we zouden willen.’
‘Dat zagen we ook bij het traject Medicatiegegevens in de keten, waarbinnen we afspraken gemaakt hebben over het juist en veilig overdragen van medicatiegegevens met andere zorgaanbieders. Daarbij zijn vierentwintig branche- en beroepsorganisaties betrokken. Dat maakt snel handelen lastig. Maar we zien ook: de aanhouder wint. Afgelopen jaar is een kickstart geweest, waarbij we op kleine schaal de nieuwe afspraken in de praktijk brengen. Vanuit de gehandicaptenzorg doet Alliade eraan mee. En als het goed is, kunnen onze andere leden vanaf 2026 óók met de nieuwe afspraken aan de slag.’
AI komt op ons af
‘Dé grote ontwikkeling die we inmiddels op ons af zien komen, is natuurlijk AI. In het Hoofdlijnenakkoord wordt AI genoemd als oplossing voor de administratielast in de zorg. Onze rol hierin was vooralsnog beperkt, we reageren vooral namens de sector op wat er landelijk wordt gemeld. En toen bijvoorbeeld Nictiz, de Nederlandse kennisorganisatie voor digitale informatievoorziening in de zorg, een uitvraag deed naar de inzet van AI bij registratielast, hebben wij die uitgezet bij onze leden. Dan houden we daar natuurlijk ook de vinger aan de pols: levert dit nou iets op, zien we valkuilen of kansen? Dat delen we natuurlijk met onze leden. Maar het doel voor de komende jaren is wel om op dit onderwerp meer eigenaar te worden.’
Meer lezen
Dit artikel is een onderdeel van het VGN-jaarverslag 2024.