Nieuws

Van Koetsveldlezing: De cliënt als burger – hoeveel burger is de cliënt?

11 november 2014

Dinsdag 4 november vond voor het vijfde jaar op rij de Van Koetsveldlezing plaats. Te gast was Jos van der Lans, cultuurpsycholoog en publicist over de sociale sector. Zijn lezing had als thema ‘De cliënt als burger – hoeveel burger is de cliënt?’.

'Weten jullie eigenlijk wel wie Van Koetsveld is?' vroeg Van der Lans zijn publiek, waarna hij hen meenam door de geschiedenis van de gehandicaptenzorg in Nederland.

Aparte mensen in een aparte wereld

Van der Lans vertelde hoe Van Koetsveld in 1855 met veel passie en liefde een "Idiotenschool" oprichtte, hoe in navolging daarvan meer instituten ontstonden die verstandelijk gehandicapten opvingen en hoe de levens van deze mensen zich volledig binnen de muren van die instituten afspeelden. 'Voor aparte mensen creëerden we een aparte wereld. Zij waren wel burgers, maar onder beschermingsbewind '.

Zorg midden in de maatschappij

In de jaren '70 volgt een kantelmoment. Er gaan stemmen op om de samenleving binnen de muren van de instituten te brengen. Later gevolgd door de opvatting dat de zorg in de samenleving zelf georganiseerd zou moeten worden. Van der Lans: 'Al in 1976 zei staatssecretaris Hendriks dat mensen minder afhankelijk moesten worden van het verzorgingssysteem en dat de nadruk meer moest komen te liggen op zelfhulp.’

Participatiesamenleving

Anno 2014 staan we aan het begin van de participatiemaatschappij, waarin mensen meer zelf moeten gaan doen. Van der Lans: ‘De huidige technologieën, zoals mobiele telefonie, Ipads en online communities, stellen ons in staat dingen ook echt anders te doen. Ik denk dat de oude Van Koetsveld warm zou worden van de nieuwe ontwikkelingen. De oude methodes passen ook niet meer in onze moderne netwerksamenleving.’

Zelfkritisch zijn

Van der Lans: ' Er komen allemaal vragen op ons af. Is de samenleving er klaar voor? Kunnen professionals wel anders? Zijn de instituten bereid het beschermingbewind los te laten? We moeten onze oude manieren kritisch beschouwen. Alleen dan kunnen we komen tot vernieuwingen.’ De zaal deelt die mening. Een aanwezige merkt op: ‘We vervoeren cliënten iedere dag in busjes, zonder na te denken of ze niet zelf met het openbaar vervoer kunnen reizen.’ Een andere aanwezige haakt daar op in: ‘Wanneer iemand vooruit gaat, moet de zorg daarop aangepast worden. Maar begeleiders doen soms meer dan nodig is uit angst dat dingen misgaan. Terwijl je daar juist van kan leren.’

Volwaardig burgerschap

Een cliënt in een rolstoel vertelt dat onder andere de gemeente soms wel kan doorslaan in het bevorderen van eigen kracht. ‘Als ik een rolstoel aanvraag, vragen ze mij wat ik zelf heb gedaan om het probleem te verhelpen.’ Van der Lans: ‘Dat is een mooi voorbeeld van waar het mis gaat. Het risico is dat we te lang blijven doen alsof cliënten ‘normaal’ zijn. Natuurlijk streven we naar volwaardig burgerschap, maar we moeten ook realistisch zijn. Ze hebben natuurlijk wél een beperking.’

Theater en werkplaatsen

Na de lezing werd door theatergroep Musica van Frion op geheel eigen wijze het verhaal van het lelijke eendje vertolkt. Vervolgens gingen de deelnemers aan de slag in één van de elf werkplaatsen. Een beschrijving van deze werkplaatsen is te lezen op www.vankoetsveldlezing.nl.

--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Over de Van Koetsveldlezing

De Van Koetsveldlezing is een gezamenlijk initiatief van 11 instellingen uit het oosten van het land, die werken voor mensen met een verstandelijke- of lichamelijke handicap of niet aangeboren hersenletsel. Het doel van de lezing is om onderling kennis en informatie te delen aan de hand van een centraal thema.

Canon gehandicaptenzorg

Meer over de geschiedenis van de gehandicaptenzorg in Nederland is te lezen op www.canongehandicaptenzorg.nl.