VGN: Werkagenda VN-verdrag Handicap is goede stap, ambitie kan sterker

Op 11 juli publiceerde het kabinet de eerste Werkagenda VN-verdrag (2025-2030). De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) beschouwt deze eerste werkagenda als een waardevolle en hoopgevende stap richting een samenleving waarin mensen met een beperking gewoon kunnen meedoen. Tegelijkertijd zien we, net als Ieder(in) en het College voor de Rechten van de Mens, ruimte voor een steviger ambitieniveau en snellere concrete resultaten. Wij zullen de Tweede Kamer en het nieuwe kabinet oproepen de ambities en het tempo te verhogen.

client werkt in restaurant

De werkagenda beschrijft welke acties de ministeries de komende vijf jaar ondernemen om de doelstellingen uit de Nationale strategie te bereiken. Daarbij wordt ook inzichtelijk voor welke onderdelen de verschillende ministeries, gemeenten en provincies verantwoordelijk zijn. Na deze eerste werkagenda volgen tot 2040 nog twee werkagenda’s van ieder vijf jaar.

Samenwerking als fundament

De werkagenda is opgesteld in overleg met mensen met een beperking, hun naasten, vertegenwoordigende organisaties en maatschappelijke partijen, waaronder de VGN. Dat brede draagvlak is belangrijk en biedt een fundament voor gezamenlijke uitvoering. Dat deze werkagenda er nu ligt, kan beschouwd worden als een belangrijke stap op weg naar integraal overheidsbeleid dat leidt tot meer rechtsgelijkheid en een samenleving waarin mensen met een beperking volledig kunnen meedoen. De VGN draagt hier, in lijn met onze Visie2030, graag aan bij. 

Pleidooi voor integraal overheidsbeleid

Om het belang van integraal overheidsbeleid voor mensen met een beperking te benadrukken, herhalen wij hierbij graag ons pleidooi voor een apart wetgevingsoverleg over gehandicaptenzorg/inclusie met niet alleen de staatssecretaris Langdurige en Maatschappelijke Zorg, maar ook de bewindspersonen van alle andere betrokken ministeries erbij. 

Wens tot meer concreet resultaat

De VGN ziet de werkagenda als een goede eerste stap, maar mist net als Ieder(in) en het College voor de Rechten van de Mens op onderdelen de noodzakelijke urgentie. Veel maatregelen starten met verkenningen, onderzoeken en juridische analyses. Dat is begrijpelijk bij complexe vraagstukken, maar maakt dat concrete verbeteringen in de praktijk mogelijk nog lang op zich laten wachten. Juist voor mensen met een beperking, voor wie problemen met participatie en toegankelijkheid dagelijkse realiteit zijn, is voortgang belangrijk. 

Ongelijkheid tussen gemeenten vraagt om meer sturing

Een belangrijke aanbeveling van het VN-comité was het vaststellen van nationale normen en richtlijnen om te zorgen voor eenduidige uitvoering van het verdrag in alle gemeenten. In de werkagenda is wel als maatregel opgenomen dat in kaart wordt gebracht welke ‘verschillen tussen gemeenten door mensen met een beperking als oneerlijk worden ervaren’, maar daarmee is  er nog geen sprake van landelijke kaders. De VGN vindt dit ontoereikend: inwoners mogen niet afhankelijk zijn van hun woonplaats als het gaat om hun rechten en mogelijkheden.

Kansen voor inclusief opgroeien

Positief is dat de werkagenda maatregelen bevat om inclusieve kinderopvang en onderwijs te bevorderen. De VGN werkt er graag actief aan mee om deze maatregelen uit te werken, ook in wet- en regelgeving. 

Blik op de toekomst

De werkagenda biedt een goede basis om de komende jaren verder te bouwen aan een inclusieve samenleving. Vanuit onze visie en expertise zet de VGN zich in op meerdere levensdomeinen – waaronder Werk en inkomen, Thuis en wonen, Onderwijs en ontwikkeling en Gezondheid en ondersteuning – en blijven we onze bijdrage leveren om samen de ambities te realiseren en aan te scherpen.

Wil je meer weten of heb je vragen of opmerkingen?

Neem contact op met Jan Visscher
Telefoonnummer
06-13203391
Jan Visscher