Toen Sofie Sergeant samen met Henriëtte Sandvoort onderzoek deed, ontstond er vaak ongemakkelijkheid. Bijvoorbeeld als mensen doen alsof de een de begeleider van de ander is, of als Henriëtte op een kinderlijke toon wordt aangesproken, of niet weet waar ze kan gaan zitten. ‘Als je een beperking hebt, dan denkt men dat je op je achterhoofd gevallen bent.'