Achtergrond

Groeien naar werk

24 november 2017

Hoe laat je zien wat mensen voor wie een diploma niet haalbaar is, wèl kunnen? Door de vaardigheden die zij in de praktijk opdoen te belonen met een Praktijkverklaring. Bij Cordaan wordt ermee geëxperimenteerd. ‘Zo creëer je loonwaarde.’

Mensen met een beperking aan het werk
Aan het werk in de kelder: Gino Vieira dos Dantos en Pieter Wong

Felicia Sambo (28) helpt meestal op de ‘roze’ afdeling van Hof van Sloten, het verpleeghuis van Cordaan in Amsterdam. Cordaan is een zorginstelling voor iedereen die zorg, ondersteuning of begeleiding nodig heeft. Op de roze afdeling wonen acht mensen met dementie. Het is twaalf uur, de bewoners zitten om tafel, op het menu staan gehaktballetjes in tomatensaus, aardappels en doperwtjes. Felicia draagt een schort met het logo van Cordaan, haar zwarte haren strak in een knot.

Ze zit met een kaarsrechte rug naast een broze bewoonster, in haar hand het bord van de mevrouw. Ze prikt een stukje gehakt en aardappel op de vork en haalt het door de tomatensaus. De mevrouw opent haar mond en kauwt; trage dunne lippen, lichtblauwe ogen, zilverwit haar. Felicia kijkt haar aan, een zachte blik verzadigd van geduld.

‘Vindt u het lekker?’ vraagt ze. De mevrouw lacht en antwoordt onverstaanbaar, gedachten die al weer verdwenen zijn. ‘Ik doe alles hier’, vertelt Felicia terwijl ze de laatste hap op de vork prikt. ‘Ook tafeldekken en afwassen. En koken. Dat hoef ik niet te doen, koken, maar het is mijn hobby.’ Mevrouw is klaar met eten, Felicia veegt met een doek haar mondhoeken schoon. ‘Ik doe het voor hen,’ zegt ze. ‘Voor deze mensen.’

Loonwaarde

Felicia wil in de toekomst aan het werk als assistent WoonHulp. Ze is daarom deelnemer geworden van het Leerwerkbedrijf van Cordaan, voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Ze krijgt voor haar werk een kleine vergoeding, net als de meeste andere deelnemers van het Leerwerkbedrijf, geen volledig salaris. Jammer vindt de zorginstelling.

Ingrid Wagenveld is projectleider Leren en ontwikkelen bij het Leerwerkbedrijf van Cordaan. ‘Door veranderde wetgeving is de Wajong weggevallen,’ zegt ze. ‘Daardoor dreigt een groep mensen tussen wal en schip te vallen. Wij zien het als een kerntaak om deze mensen op hun eigen niveau te begeleiden en te stimuleren in hun ontwikkeling. Zo vergroten wij hun perspectief op een betaalde baan.’

Met dat doel heeft Cordaan in 2015 de arbeidsmatige dagbesteding omgevormd tot een Leerwerkbedrijf. Deelnemers kunnen kiezen voor verschillende richtingen, zoals horeca, facilitair groen, en nu ook voor WoonHulp. Ze leren van én in de praktijk, op de eigen werkplek. De verkregen competenties worden bekrachtigd met branche-erkende certificaten of Praktijkverklaringen. Die creëren loonwaarde.’

Praktijkverklaring

De Praktijkverklaringen zijn in 2015 ontwikkeld door SBB (Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven). Ze deden dat in opdracht van de sociale partners, de onderwijskoepels en het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Jongeren die geen startkwalificatie kunnen behalen, laten met een Praktijkverklaring zien wat ze wél kunnen.

Monique Mol is projectleider Boris-doelgroepen bij SBB (Boris is een aanpak die leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs of praktijkonderwijs helpt bij het groeien naar arbeid). Ze vertelt: ‘In iedere MBO-kwalificatie zitten beschrijvingen van laagcomplexe werkprocessen; onderdelen van een gehele opleiding. Als mensen iets kunnen op dat niveau - zoals papierprikken, vakkenvullen of assisteren in de bloemenzaak - dan geven werkgevers daarvoor tegenwoordig een Praktijkverklaring. Die wordt bekrachtigd met het logo van het leerbedrijf en de brancheorganisatie. Bijvoorbeeld de Koninklijke Horeca Nederland of het Nederlandse Verbond van de Groothandel.’

Om de kwaliteit te garanderen, is het opleidingstraject voor een Praktijkverklaring altijd opgebouwd volgens de kwalificatiestructuur van het MBO en vindt de opleiding plaats in een door SBB erkend leerbedrijf, zoals dat van Cordaan. Deze zorginstelling vervult een dubbelfunctie: ze draagt zorg voor mensen met een beperking en verschaft tevens werk aan hen.

Groeimogelijkheden

Pieter Wong (32) en Gino Vieira dos Santos (22) helpen - net als Felicia Sambo - bij werkzaamheden uit de functie WoonHulp bij verpleeghuis Hof van Sloten. Hun werkveld is vandaag de kelder; ze rijden met de waskarren, vuilnistonnen en glasbakken. De donkere ruimte heeft een laag plafond, kratten staan op stellingen gestapeld, uit de speakers klinkt achtergrondmuziek. De brede garagedeur staat open, het is fris en het regent. Pieter en Gino dragen een donker werkshirt en lichtblauwe latex handschoenen. Ze doen hun werk stilzwijgend. Ze rollen de vuilnis naar buiten, Gino plaatst de ton in de hef-arm van een stortcontainer en Pieter bedient met een sleutel het hydraulisch kiepmechanisme.

Een etage hoger is in de keuken hun collega Nishant Sharma (40) aan het werk. Hij vult de afwasmachine en verschoont een vuilniszak. Hun werkbegeleiders bij Cordaan zijn Youssef Bourjouane en Badiaa Garrouj. Die zijn altijd in de buurt, en zo nodig bereikbaar voor hulp en advies. ‘Van een aantal mensen weten we dat óók een Praktijkverklaring te hoog gegrepen is’, zegt Bourjouane. ‘Maar iemand als Felicia heeft groeimogelijkheden. Voorheen kwam ze ‘s ochtends regelmatig niet opdagen, en nog steeds is afspraken nakomen voor haar een probleem. Dat kan niet als een werkgever je uitbetaalt. Daar werken we hard aan bij Felicia.’

WoonHulp

WoonHulp is een opleiding van bureau Calibris Advies, gemaakt in opdracht van de VGN. In maart 2017 tekenden de VGN en Calibris Advies een overeenkomst voor branche-erkenning. Mensen met een beperking worden bij een zorginstelling voor gehandicaptenzorg of verpleegzorg opgeleid in de praktijk. Niet voor de hele opleiding, maar voor losse onderdelen. Die werkprocessen zijn ondergebracht bij het Praktijkloket van SBB en wie een werkproces beheerst krijgt een Praktijkverklaring WoonHulp met het logo van de VGN.

Het eerste traject voor de branche-erkende opleiding WoonHulp wordt uitgevoerd bij Cordaan. Jolanda Potuijt is adviseur bij Calibris Advies. ‘Er is veel aandacht voor zelfstandigheid’, vertelt ze. ‘Zelf nadenken; welke stap moet ik zetten om mijn doel te bereiken? Onlangs keek ik mee bij iemand die het traject volgt voor keukenhulp-assistent. Nadat ik mij had voorgesteld, zei hij: ‘Jolanda, we gaan afwassen. Wat denk je dat je nodig hebt?’ Precies zoals zijn werkbegeleiders bij Cordaan het aan hem leren.’ Mensen die straks een Praktijkverklaring halen, kunnen ook ‘stapelen’; ze bouwen met een aantal Praktijkverklaringen een portfolio op. Potuijt: ‘De ‘parels’ kunnen zelfs doorgroeien naar een branche-erkend diploma WoonHulp. In dat geval worden ze getoetst door Calibris Advies.’

Zelfstandigheid

Calibris Advies ondersteunt Cordaan bij het proces om tot Praktijkverklaringen en een branchediploma WoonHulp te komen. Als het straks eenmaal loopt zal Cordaan zelfstandig gaan opleiden. Daarom maakt Cordaan van alle deelnemers een zogenoemde INVRA (Inventarisatie van Redzaamheidaspecten) op basis van een arbeidsinteressetest; een meetinstrument voor werknemersvaardigheden.

Ingrid Wagenveld: ‘Werknemersvaardigheden zijn minstens zo belangrijk als vakvaardigheden en veilig leren werken. Want al kun je nog zo goed tafeldekken, als je elke dag te laat komt of ruzie maakt, gaat de baas je niet houden.’ Ook maakt Cordaan gebruik van het Eigen Initiatief Model, een methode om de zelfstandigheid van deelnemers te verhogen, en van het Twaalfstappenplan, een bestaande methodiek uit het VSO onderwijs, waarmee in twaalf stappen een vaardigheid wordt aangeleerd.
De transitie naar het Leerwerkbedrijf betekent overigens ook iets voor de begeleiders. Zij krijgen een andere rol. Wagenveld: ‘Zij zullen zich meer als coach gaan opstellen, om de deelnemer richting maximale zelfstandigheid te leiden. Om dat goed te doen, zullen ook zij een opleidingstraject volgen.’

Kleine stapjes

Oaffa Azarkan (24) is mogelijk een ‘parel’ die in de toekomst Praktijkverklaringen WoonHulp stapelt en doorgroeit naar een branchediploma WoonHulp. Ze werkt als gastvrouw op een verpleegafdeling voor mensen met somatische klachten, en volgens haar begeleider Youssef Bourjouane doet zij het beter dan veel andere gastvrouwen zonder beperking. ‘Iedereen in zo’n dienende functie is wel eens geïrriteerd’, zegt hij. ‘Dat is heel menselijk. Maar Oaffa niet. Zij is altijd vriendelijk.’

Woonhulp
Ouafa Azarkan luistert naar een bewoner

De bewoners hebben zojuist geluncht. Terwijl Oaffa met een doekje de tafel schoonveegt, spoedt een groepje rokers zich met rolstoel of rollator naar het balkon. Een meneer komt de drempel niet over. Hoeveel kracht hij ook zet met zijn armen, de wielen willen niet. Er dreigt een opstopping te ontstaan, maar Oaffa grijpt in. Met de doek nog in haar hand, duwt ze de rolstoel de drempel over. Op het balkon staan drie asbakken vol uitgedrukte peuken. Beneden razen auto’s voorbij en rinkelt de tram in de bocht. Een pakje sigaretten valt van tafel, Oaffa bukt en raapt het op. ‘Bedankt’, zegt de man met een sigaret al tussen zijn lippen, en hij prikt de punt in de vlam van zijn aansteker.
Een Surinaamse mevrouw met de voet omhoog pakt Oaffa’s arm beet. Ze begint te vertellen over haar ongeluk, en hoe ze met de voet onder de tram is gekomen. ‘Als je oud bent, geneest alles traag’, zegt ze. Oaffa zit naast haar en luistert. ‘Kleine stapjes’, adviseert ze. Begeleider Youssef Bourjouane beschouwt het tafereel en spreek zijn vertrouwen uit. ‘Laatst werd een meneer ontslagen; hij was genezen en mocht weer naar huis. De volgende dag kwam hij een cadeautje brengen, speciaal voor Oaffa. Oaffa doet haar best en kan goed leren. Onlangs heeft ze zelfs de theorie van het rijexamen gehaald.’

Tweeduizend banen

Volgens Frank Braaksma – directeur van de stichting Calibris Advies – is de tijd rijp voor de nieuwe functie woonhulp. ‘Het kabinet investeert twee miljard in ouderenzorg’, zegt hij. ‘Dat zijn omgerekend 70.000 banen die moeilijk in te vullen zijn vanwege schaarste op de arbeidsmarkt. Stel dat de gehandicaptensector aan drie procent invulling weet te geven door functies woonhulp te creëren. Dat zijn zo’n tweeduizend banen voor mensen die (deels) arbeidsvermogen hebben.’

Ook het actuele thema ‘reciprociteit’ oftewel ‘wederkerigheid’ ziet Braaksma als een kans. ‘Dat gaat over de vraag: wat kunt u terugdoen in ruil voor de zorg die u krijgt? Ouderen met lichamelijke klachten kunnen als coach fungeren voor de woonhulp die zorg aan hen verleent.’ Volgens Braaksma zijn de gehandicaptenzorginstellingen nu aan zet. ‘Alles zit mee’, zegt hij. ‘De introductie van het branchediploma, schaarste op de arbeidsmarkt en veel nieuwe banen in de ouderenzorg. Als we de komende vier, vijf jaar niet toegroeien naar die tweeduizend banen woonhulp, dan hebben we gefaald.’

‘Praktijkverklaringen zijn bouwstenen’

‘Slechts 44 procent van alle scholieren uit het voortgezet speciaal onderwijs gaat naar vervolgonderwijs’, zegt Frank Bluiminck, directeur VGN. ‘Meer dan de helft behaalt dus géén startkwalificatie. De VGN ziet het als haar taak om voor deze jongeren ontwikkelingsmogelijkheden te creëren, bijvoorbeeld als assistent WoonHulp binnen de gehandicapten- en verpleeghuiszorg. Met Praktijkverklaringen kun je eisen stellen aan professionaliteit, maar wel op een realistisch niveau.’

Onlangs organiseerde de VGN een informatiebijeenkomst over de functie WoonHulp. Bluiminck: ‘De sector beseft dat een startkwalificatie vormend is voor de rest van je loopbaan. Praktijkverklaringen zijn bouwstenen. Daar hebben mensen met een licht verstandelijke beperking levenslang profijt van.’

Academie voor Zelfstandigheid

De Academie heeft samen met Calibris Advies de opleiding WoonHulp ontwikkeld en opgesplitst in werkprocessen om te komen tot Praktijkverklaringen. Hanneke Suvaal is directeur. ‘Wij willen graag dat iedereen participeert. Dan moet je mensen ook equiperen als dat nodig is. We gaan er nu te vaak van uit dat jongeren die geen studie kunnen doen op hun achttiende uitgeleerd zijn. Vreemd is dat, want voor de meeste jongeren begint het op die leeftijd pas. Het is heel tegenstrijdig. Hoe slimmer je bent, hoe langer je mag studeren.’

Foto's: Hans Tak

Deze pagina is een onderdeel van: