Nieuws

Beroepskracht in gehandicaptenzorg wil net zo mediawijs zijn als de cliënt

12 februari 2020

Driekwart van de beroepskrachten in de gehandicaptenzorg ervaart dat mensen met een beperking vaardiger zijn in de omgang met media dan zijzelf. Het overgrote deel heeft veel behoefte aan meer inzicht: hoe stimuleer ik positief mediagebruik en hoe voorkom ik gevaren op internet? Dit blijkt uit onderzoek dat in opdracht van Netwerk Mediawijsheid, het Nederlands Jeugdinstituut en de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland is gehouden onder bijna vijfhonderd zorgprofessionals.

Medewerker begeleidt jongen met het syndroom van Down op de mobiel

Het onderzoeksresultaat is vandaag gepresenteerd tijdens een bijeenkomst over mediawijsheid in Beeld en Geluid, in aanwezigheid van tweehonderd zorgprofessionals. Tijdens presentaties, workshops en een debat stonden de uitkomsten centraal. Aan het onderzoek werkten beroepskrachten uit de gehandicaptenzorg mee die werkzaam zijn bij 50 zorgaanbieders.

Impressie bijeenkomst Mediawijsheid

Handelingsverlegenheid

Meer dan de helft van de mensen met een beperking die in zorg zijn, gebruikt media overmatig. Dit wijkt nauwelijks af van het gebruik onder mensen zonder beperking. Media bieden volop kansen voor hun ontwikkeling, maar die worden nog te weinig benut. Dat komt door de lage ‘digitale geletterdheid’ en de handelingsverlegenheid onder beroepskrachten die hen begeleiden en behandelen. Hierdoor staan risico’s die zich bij mediaconsumptie onder kwetsbare jongeren voordoen - zoals contact met wildvreemden, pesten en sexting - ontwikkelingskansen in de weg.

Te weinig ontwikkelingsgericht

Driekwart van de beroepskrachten is niettemin eerder positief, dan negatief over mediagebruik van mensen met een beperking. Al vindt bijna de helft van de zorgprofessionals dat media nog te weinig bijdragen aan hun ontwikkeling. Er bestaan nog nauwelijks hulpprogramma’s of apps. Terwijl de juiste inzet van media met goede leerdoelen die ontwikkeling sterk kan stimuleren, vindt 80 procent van de beroepskrachten. Zij hebben veel behoefte aan inzicht: welke digitale hulpmiddelen zijn bijvoorbeeld nuttig of bruikbaar voor jongeren met een beperking?

Contact met onbekenden

Mensen met een beperking gebruiken media vooral voor ontspanning en het onderhouden van contacten. Meer dan de helft is wel te langdurig met media bezig en heeft daarbij moeite om de inhoud te begrijpen. Dit gaat met name om jeugdigen met een licht verstandelijke beperking, in combinatie met gedragsproblematiek en sociaal emotionele problemen. Een derde van hen bekijkt porno en onderhoudt contacten met wildvreemden en 15 procent staat bloot aan andere gevaren: seksfilmpjes versturen, pesten of gepest worden en privégegevens delen.

Mediawijsheid hoger prioriteren

De bijeenkomst over mediawijsheid in de gehandicaptenzorg wees uit dat er in de sector een duidelijke behoefte bestaat om de ontwikkeling van mediawijsheid hoger te prioriteren in de begeleiding van mensen met een beperking. Daar is aanvullende scholing op het gebied van mediaopvoeding voor nodig. Het grote belang van het terugdringen van bedreigingen, en vooral het benutten van ontwikkelingskansen, rechtvaardigt een krachtige lobby voor de financiering hiervan.

Het resultaat daarvan sluit aan op de visie 2030 die de branchevereniging VGN momenteel ontwikkelt. Daaruit komt naar voren dat persoonlijke aandacht het gaat winnen van zorgsystemen. Mensen met een beperking gaan daardoor een betekenisvol eigen leven leiden, waarin meedoen in alle geledingen van een inclusieve maatschappij vanzelfsprekend is.

Fotocollage Bijeenkomst Mediawijsheid - Mini-colleges
Noortje Smit lachend
Wil je meer weten?
Neem contact op met Noortje Smit