Nieuws

Btw heffing bij vormen van samenwerking?

18 april 2014

De VGN heeft samen met de andere AWBZ-branches (Actiz en GGZNederland) een brief (bijlage) aan het Ministerie van Financien gestuurd om duidelijkheid te verkrijgen rond btw-heffing of vrijstelling hiervan voor bepaalde vormen van zorglevering. Specifiek vragen wij aandacht voor enkele fiscale problemen die samenhangen met samenwerkingsvormen tussen verschillende zorgorganisaties, ketenzorg, coördinatie en onderlinge afstemming tussen zorgorganisaties.

poppetjes staan rond portomonee met briefjes geld

Deze problematiek speelt zorgbreed, zowel in de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo), de Jeugdwet, de Wet Langdurige Zorg en de Zorgverzekeringswet. Het heeft in onze ogen nadrukkelijk ook gevolgen voor het succes van de hervorming langdurige zorg en de daarmee samenhangende decentralisaties/ overhevelingen, ook omdat bij btw-plicht die zorg (onvoorzien) 21% duurder dreigt te worden, waardoor er minder budget overblijft voor de zorg zelf.

Hoewel de zorg zelf onder de Wmo wordt vrijgesteld van btw en het onderscheid tussen maatwerkvoorziening en algemene voorziening is verdwenen, resteert er onduidelijkheid rond de btw-plichtigheid c.q. vrijstelling daarvan voor bepaalde situaties van samenwerking, onderaanneming, uitleen en/of detachering van personeel. Zuivere onderaanneming lijkt veilig voor btw maar niet alle samenwerkingsvormen zijn even duidelijk. We willen een antwoord op de vraag: wanneer is sprake van welke modaliteit (leveringsvorm) en onder welke voorwaarden geldt daarbij een vrijstelling van btw?

Gelet op het belang hiervan voor de samenwerking in de praktijk en de prijsvorming in de onderhandelingen vanaf komende zomer is duidelijkheid hierover dringend gewenst. Zie verder de brief in de bijlage.

Deze pagina is een onderdeel van: