Nieuws

‘Raden van toezicht moeten kritischer vragen stellen’

08 april 2014

Raden van toezicht in de gezondheidszorg stellen weinig kritische vragen. Ze laten zich vooral informeren. Maar als er een probleem ontstaat, kan dat heel snel omslaan. In Markant #2 pleit Marc van Ooijen ervoor eerder de scherpte op te zoeken.

Van Ooijen is zelf bestuurder van stichting PSW, een organisatie voor de ondersteuning van  mensen met een verstandelijke beperking, en toezichthouder bij woningcorporatie Woonpunt. Onlangs promoveerde hij op een onderzoek over Toezichtsdynamica.

Hem is opgevallen dat raden van toezicht van organisaties die sterk van elkaar verschillen, toch op een vergelijkbare wijze hun functie uitoefenen. Van Ooijen in Markant: ‘Ze laten zich vooral informeren. Zeker zolang het allemaal goed gaat – medewerkers zijn betrokken, cliënten tevreden, de financiën op orde – stellen ze weinig kritische vragen. Aan advies geven komen ze nauwelijks toe.’ 

De scherpte opzoeken
Volgens Van Ooijen moeten toezichthouders ook als klankbord of sparring partner fungeren: Het is de kunst om juist als het goed gaat de scherpte op te zoeken. Samen te onderzoeken hoe je de adviesfunctie handen en voeten geeft. Als je van elkaar weet hoe je in de wedstrijd staat, kun je bij eventuele problemen veel sneller en adequater reageren.’

In de praktijk hebben raden van toezicht veel vertrouwen in het bestuur en blijven ze op afstand. Maar: ‘als er onverwachte dingen gebeuren of het slechter gaat, komen zaken op scherp te staan. Dan prikkelen de omstandigheden een toezichthouder om er meer bovenop te gaan zitten. Soms is het dan al te laat.’ 

Aanscherping regels is onzin
Overigens pleit Van Oijen niet voor aanscherping van de regels of een nieuwe governance code. ‘Als je niet uitkijkt denk je dat een code garant staat voor goed toezicht. Dat is net zo’n onzin als wanneer je beweert dat een HKZ-certificaat kwaliteit garandeert.’

Meer artikelen uit Markant #2 zijn te lezen op de website.

Johan de Koning
Wil je meer weten?
Neem contact op met Johan de Koning

Deze pagina is een onderdeel van: