Achtergrond

Verzuim na ruim een jaar corona onder de loep: verzuimduur vs. verzuimmelding

Leestijd: 3 minuten
03 september 2021

Het afgelopen jaar is het verzuim in de zorgsector tot ongekende hoogte gestegen. Gedurende het jaar hebben we geprobeerd om aan de hand van maandcijfers de vinger aan de pols te houden. Nu er ruim een jaar voorbij is, kunnen we aan de hand van de kwartaalcijfers iets uitzoomen en de cijfers analyseren.

Die analyse maakt duidelijk dat Corona een enorme impact heeft (gehad) op het verzuim in de zorgsector. Het grootste effect zien we terug bij het langdurig verzuim dat nog nooit zo hoog is geweest.

Als verzuim steeds vaker steeds langer duurt, dan wordt de ruimte om voor korte tijd uit te vallen steeds kleiner, tot het punt dat er misschien helemaal geen ruimte meer over is. Een onwenselijke situatie. Het is niet meer dan menselijk om soms een beetje tijd nodig te hebben om even bij te komen, om te herstellen. Zeker het zorgpersoneel dat al jarenlang onder hoge druk staat. De vraag is: is de zorg straks nog in staat om aan de stijgende zorgvraag te voldoen, als zorgen voor zichzelf soms al een grote uitdaging is?

In de praktijk betekent dat onder andere voldoende aandacht hebben voor de medewerkers. Op organisatieniveau wordt dat op veel verschillende manieren succesvol ingevuld. Maar met een groot personeelstekort en de lange nasleep van Corona staat de zorgsector voor een enorme uitdaging om het personeel die aandacht te kunnen geven die nodig is.

Met de voorspellende kracht van de voortschrijdende cijfers verwachten we dat een daling van het verzuim er helaas voorlopig nog niet aankomt en kunnen we ons tegelijkertijd afvragen waar dit naartoe gaat.

De analyse in dit artikel gaat verder onder de foto.

Rekenmachine

Nadere analyse

Verzuim kun je van twee kanten benaderen: hoe lang (duur) en hoe vaak (verzuimmeldingen) verzuimt iemand? In de analyse van Vernet is in kaart gebracht wat de huidige werkelijkheid van het zeldzaam hoge verzuim betekent voor duur en voor frequentie.

Verzuimontwikkeling
In het tweede kwartaal van 2021 komt het voortschrijdend verzuim uit op 6,98 procent. We zien in acht jaar tijd eigenlijk alleen maar een stijgende trend.
De grote griepgolf van het eerste kwartaal van 2018 klinkt door in de drie erop volgende periodes. De daling van het verzuim in 2019 is vervolgens bedrieglijk aangezien het verzuim nog altijd hoger uitkomt dan in 2017. Corona doet er in 2020 nog een extra schepje bovenop en de stijgende lijn die is ingezet in 2014 wordt stevig doorgezet.

Verzuimduur
De duur van het verzuim is een belangrijk gegeven voor de bedrijfsvoering: langdurig verzuim betekent hoge verzuimkosten.
Op drie manieren kijken we naar de verzuimduur.

1. Gemiddelde duur
De gemiddelde duur geeft de gemiddelde lengte van beëindigde verzuimgevallen weer. Beëindigde gevallen zijn ziektegevallen waarvan de hersteldatum in de verslagperiode valt. De aansluitende ziektedagen die vóór de verslagperiode vallen worden dus ook meegerekend. De ziektedagen van beëindigde gevallen (vanaf de eerste ziektedag tot de hersteldatum) worden gedeeld door het aantal beëindigde gevallen in de periode.

Als we naar de gemiddelde duur (voortschrijdend) van 2021 kijken dan zien we een enorme stijging. Dat wijst erop dat als iemand verzuimt de kans groot is dat de werknemer meer dan 31 dagen niet inzetbaar is: één hele maand. In het tweede kwartaal van 2020 kwam de gemiddelde duur uit op 26 dagen. Het effect van corona op de verzuimduur is hier onmiskenbaar.

2. Duurklasse
Een verzuimgeval wordt ingedeeld in één van de vier duurklassen. De totale lengte van het verzuim is bepalend voor de indeling. Deze wordt bepaald vanaf de eerste verzuimdag tot en met de hersteldatum of de einddatum van de verslagperiode. Een verzuimgeval kan slechts in één duurklasse worden ingedeeld en kan maximaal 730 dagen duren. Verzuimcijfers verdeeld naar duurklasse zijn bedoeld om te laten zien welk deel van het verzuim toebehoort aan werknemers die kort dan wel langdurig ziek zijn geweest.
De vier duurklassen die Vernet hanteert zijn:
• 1 t/m 14 dagen (kortdurend verzuim)
• 15 t/m 91 dagen (middellang verzuim)
• 92 t/m 365 dagen (lang verzuim)
• 366 t/m 730 dagen (extra lang verzuim)

Bij verzuimontwikkeling naar duurklasse springen de stijgende lijnen van het lang en extra lang verzuim in het oog. Sinds het tweede kwartaal (voortschrijdend) van 2014 is het verzuim in duurklasse 92 t/m 365 dagen inmiddels toegenomen met 66,3 procent in de dezelfde periode van 2021.
Zowel kortdurend als middellang verzuim blijft jarenlang rond één procent, maar daarbij zien we dat met de komst van corona het kortdurend verzuim afneemt, terwijl het middellang verzuim juist toeneemt.

3. Ziektejaar
Behalve gemiddelde duur en de duurklassen berekenen we ook het verzuim naar ziektejaar. De eerste 365 dagen van het ziekteverzuim vallen onder het verzuimpercentage van het eerste ziektejaar. De dagen vanaf 366 tot en met 730 dagen vallen onder het verzuimpercentage van het tweede ziektejaar. Het verzuim van één werknemer kan dus in beide ziektejaren vallen.

Nadat we hebben gezien dat de gemiddelde duur in acht jaar tijd niet eerder zo hoog was als in het tweede kwartaal van 2021 en het verzuim vooral terugkomt in de hoogste duurklassen, wordt dit opnieuw bevestigd door het verzuimpercentage van het tweede ziektejaar. Ook hier zet de stijging zich onverminderd voort.

Let op: verschil verzuim naar duurklasse en ziektejaar
Verzuimcijfers die verdeeld zijn naar duurklasse kunnen niet vergeleken worden met verzuimcijfers verdeeld naar ziektejaar. Dit komt omdat bij de verdeling naar duurklasse ziektedagen maar in één duurklasse geplaatst kunnen worden. Terwijl de ziektedagen bij de verdeling naar ziektejaren zowel in het eerste ziektejaar als in tweede ziektejaar kunnen vallen. Stel dat een werknemer 405 dagen ziek is geweest, dan worden alle ziektedagen in de duurklasse 366 t/m 730 dagen geplaatst. Als we kijken naar ziektejaren dan vallen de eerste 365 dagen in het eerste ziektejaar en de overige veertig ziektedagen in het tweede ziektejaar.

Meer informatie en bijbehorende grafieken zijn te vinden op de website van Vernet

Maarten Hüttner
Wil je meer weten?
Neem contact op met Maarten Hüttner

Deze pagina is een onderdeel van: