Nieuws

Ervaringsdeskundige Rosita: 'We kunnen het beter samen doen'

07 december 2020

De ervaringsdeskundigen van zorgorganisatie Cello helpen de organisatie bij het vergroten en versterken van de eigen regie van mensen met een beperking. Dat doen ze door mee te denken over het beleid en door te laten zien en horen hoe zij de zorgverlening ervaren.

Rosita Beljaars
Rosita Beljaars

Binnen Cello zijn er 20 mensen met een licht verstandelijke beperking opgeleid tot ervaringsdeskundigen. Zij praten in werkgroepen binnen Cello mee over bijvoorbeeld ethische vraagstukken, over de wet zorg en dwang en over de coronamaatregelen. Ook buiten Cello zetten zij hun eigen ervaringen in. 

Meepraten en adviseren

Eén van die ervaringsdeskundigen is Rosita Beljaars. Ze werkt in broodjesservice Bammetjes van Cello, heeft twee zoons, een kleinzoon en woont in een eigen appartement met 24-uurszorg in Vught. Sinds 2017 doet ze mee met het ervaringsdeskundigen programma. 'Ik vind het belangrijk om mijn kennis te delen. Eerst deden we altijd wat hun wilden. Nu laten we horen wat wij belangrijk vinden en geven we advies.'

Ervaringen delen 

De ervaringsdeskundigen zijn ook betrokken bij het coronabeleid van Cello. Na de eerste coronagolf werd hen gevraagd feedback te geven op de genomen maatregelen en hun ervaringen te delen met de bestuurders. Sinds oktober adviseren zij de raad van bestuur en het managementteam bij vraagstukken over corona. 

Rekening houden met elkaar

In één van die gesprekken vertelde Rosita geëmotioneerd haar persoonlijke verhaal aan Cello-bestuurder Toine van der Pol. 'Dat was moeilijk, maar ook fijn. Ik ben het namelijk helemaal niet eens met hoe het ging. Toen alle woonvoorzieningen van Cello in lockdown gingen, mocht ook ik mijn eigen huis niet uit. Maar ik woon zelfstandig. Ik heb een eigen voordeur en de dichtstbijzijnde woonvoorziening van Cello is twee flats verder op. Met mij werd helemaal geen rekening mee gehouden. Eerst ging Bammetje van de ene op de andere dag dicht, een week later mocht ik mijn huis niet meer uit. Dat bepaalden zij gewoon voor mij. Ik werd gek en kreeg bijna een depressie.'

Samen, want zij weten niet alles

Dat ze haar kleinzoon van bijna drie jaar niet meer kon zien, vond ze vreselijk. Maar ze was bovenal bang dat ze haar eigen kinderen nooit meer zou zien. 'Mijn oudste zoon is op zijn zesde jaar uit huis geplaatst. Ik was bang dat hij dacht dat ik hem weer in de steek liet, dat hij me nooit meer zou willen zien en "de groeten" zou zeggen. Toine schrok van mijn verhaal. Dit zijn dingen die zij niet weten van ons. Dus is het zo belangrijk om samen te praten. Ik heb ook tegen hem gezegd dat ze beter over die lockdown hadden moeten nadenken. Dat is het advies van de ervaringsdeskundigen: meer maatwerk. Het is echt fijn om mee te praten. We kunnen het beter samen doen.'

Ronella Bleijenburg

Deze pagina is een onderdeel van: