Nieuws

Inkoopbeleid Wlz 2017 voor schoonmaak en logeren

30 september 2016

Zorgkantoren/ZN hebben aanvullend inkoopbeleid voor de schoonmaak aan cliënten met een modulair pakket thuis (mpt) en voor logeren gepubliceerd. Mpt-cliënten ontvangen huishoudelijke hulp vanaf 2017 niet langer op grond van de Wmo maar op basis van de Wlz. Voor logeren wordt de inkoop op basis van het integrale tarief uitgewerkt.

wlz

Schoonmaak


Vanaf 1 januari 2017 ontvangen cliënten met een modulair pakket thuis (mpt) de huishoudelijk hulp uit de Wlz, en niet meer vanuit de Wmo. Zorgkantoren/ZN hebben daarvoor Aanvullend Wlz Inkoopbeleid 2017 (beleidslijn schoonmaak en logeren) vastgesteld.  Met de overheveling van schoonmaak van het gemeentelijk domein naar de Wlz komt per mpt-cliënt € 3400 beschikbaar op jaarbasis. Het gaat om alle mpt-cliënten en cliënten die overbruggingszorg ontvangen (ook cliënten die nu geen schoonmaak vanuit de Wmo krijgen).

Afspraak, tarief en inzet


Zorgkantoren kennen aan alle zorgorganisaties met wie zij voor 2017 productieafspraken maken over mpt of overbruggingszorg een afspraak toe op de prestatie schoonmaak, zodat deze hulp kan worden gedeclareerd. Het extra mpt-budget is volledig inwisselbaar met de overige functies binnen het mpt. De cliënt bepaalt met de zorgorganisatie of en welk deel van het mpt-kader besteed wordt aan huishoudelijke hulp. Zorgkantoren hanteren een vast tarief van € 26,15 per uur (inclusief BTW). Met dit tarief kan organisatie gemiddeld 2,5 uur huishoudelijke hulp per week inzetten. De VGN vindt het goede zaak dat ZN/zorgkantoren tegemoet zijn gekomen aan het bezwaar van ActiZ en VGN tegen het tarief voor schoonmaak dat aanvankelijk ca. 20% lager was.

Informatie aan cliënt


Gemeenten dienen de betreffende cliënten te informeren. Ook zorgkantoren zorgen voor passende informatie voor de betreffende cliënten, zorgorganisaties en cliëntondersteuners. De zorgaanbieder die dossierhouder is voor cliënten met een mpt en overbruggingszorg dient zorg te dragen dat de schoonmaak per 2017 voor deze cliënt wordt geborgd.

De VGN en ActiZ hebben er bij VWS op aangedrongen tot een goede afstemming te komen over de overdracht en de informatie aan de cliënten. Hiervoor wordt op korte termijn een overleg gepland met ZN, VNG, de branches en VWS. De VGN informeert haar leden zo spoedig mogelijk over de uitkomsten.

Voorbereidingen door de zorgorganisatie


De overheveling van schoonmaak van de Wmo naar de Wlz per 2017 vraagt van zorgorganisaties die dossierhouders zijn van cliënten met mpt en overbruggingszorg voorbereidingen. De VGN adviseert zorgorganisaties om vóór 31 december 2016 met de cliënt te bespreken of hij schoonmaak in 2017 wil ontvangen en de schoonmaak te regelen. De cliënt heeft geen recht op behoud van de huidige partij die bij hem schoonmaakt of het huidige aantal uren.

Voor het regelen van schoonmaak voor de betreffende cliënten zijn volgende punten van belang: 

  • Het budget voor schoonmaak is ook in te zetten voor andere functies in het mpt;
  • De cliënten kunnen het huishoudelijke hulp in het mpt ook via een pgb regelen.  
  • De nieuwe afspraken over schoonmaakt dienen vastgelegd te worden in het zorgplan.
  • De modelzorgleveringsovereenkomst van de VGN die de zorgaanbieder met de cliënt is overeengekomen, hoeft niet te worden aangepast. Nieuwe afspraken vastleggen in het zorgplan volstaat.

Onderaannemerschap


Voor het bieden van schoonmaak in onderaannemerschap stellen de zorgkantoren aanvullende eisen. Deze aanvullende eisen gelden niet als een organisatie lid is van een brancheorganisatie in de zorg en vallen onder een van de CAO’s van de betreffende branches, zoals de VGN-leden. Zorgorganisaties zijn wel verplicht de inzet van onderaannemers voor schoonmaak te melden bij het zorgkantoor.  

Er zijn nog diverse zaken onduidelijk. De VGN komt binnenkort met aanvullende berichtgeving over de informatievoorziening aan cliënten en uitvoeringsaspecten.

Logeren


Cliënten met een Wlz-indicatie die zelfstandig wonen, kunnen maximaal 156 logeren in een Wlz-organisatie. De NZa heeft voor 2017 een integraal tarief afgegeven voor logeren voor de doelgroepen V&V, VG, LG, LVG en ZG. In het Aanvullend inkoopbeleid Wlz 2017 staat dat zorgkantoren in principe in de zorginkoop 2017 dit integrale tarief volgen. Met het hanteren van het integrale tarief zullen de administratieve lasten die nu gepaard gaan met logeren verminderen.

De NZa beleidsregel voorziet tevens in de mogelijkheid tot het maken van maatwerk afspraken door dagbesteding en/of behandeling individueel toe te kennen bovenop het integrale tarief. De VGN is blij dat het eindelijk gelukt is om tot deze tarieven te komen.

Zorgkantoren geven aan dat zij nog onvoldoende tijd hebben gehad om beleid vast te stellen voor de toekenning van aanvullende zorg. Zij gaan er vanuit dat het integrale tarief logeren in principe toereikend is om logeren kwalitatief goed te bieden en staan in beginsel aanvullende zorg niet toe.  De VGN heeft hiertegen bezwaar gemaakt. De mogelijkheid voor maatwerkafspraken is juist in de NZa beleidsregel opgenomen, omdat het integrale tarief niet voor alle cliënten voldoet. Zeker voor kinderen met een zware zorgbehoefte, daar is aanvullend dagbesteding of -behandeling nodig. De VGN is van mening dat het maatwerk in samenspraak tussen cliënt en zorgaanbieder wordt bepaald en dat de begrenzing al zit in het financiële kader (doelmatige zorg).

De omschrijving in het definitieve inkoopbeleid geeft nu wel iets meer ruimte. De zorgkantoren gaan uitzonderlijke situaties waar maatwerk nodig is voor de cliënt, beoordelen. Zorgaanbieders mogen een nadere uitwerking van de eventuele uitzondering voor de ophoging verwachten in het Voorschrift Zorgtoewijzing 2017 dat nog moet volgen. De branches worden hierbij betrokken en de VGN betrekt hierbij uiteraard signalen van zorgaanbieders.