Blog

Innovatie mondverzorging is urgent en vereist samenwerking

01 oktober 2020

Mensen met een verstandelijke beperking die niet zelf hun tanden kunnen poetsen, kunnen dat mogelijk wel met de Knappe Instructie Tandenpoetsen. Deze won een tweede prijs in de VG Hackaton 2018. Door corona wordt het belang van de instructie nog duidelijker (geen gespetter uit de mond), maar tegelijk stagneert de ontwikkeling. Helena Neven pleit voor samenwerking, liefst binnen een Research & Development platform voor innovaties in de hele VG-sector.

jongen ligt met mond open

VG Hackaton leidde tot nieuwe ideeen

Innovatie is belangrijk in veel bedrijfstakken. Er wordt geïnvesteerd om de concurrentie voor te blijven en producten en diensten steeds beter te maken voor de klant. Innovatie in de gehandicaptenzorg gaat meestal over het implementeren van bestaande nieuwe technologie met mogelijk her en der een aanpassing die het beter toepasbaar maakt voor mensen met een verstandelijke beperking.
Hoe mooi is de VG Hackathon 2018 dan, die opriep om met nieuwe ideeën te komen voor nog betere ondersteuning van mensen met een verstandelijke beperking in de toekomst, met behulp van technologie.

Tweede prijs voor Knappe Instructie Tandenpoetsen

Abrona won bij de Hackaton 2018 de tweede prijs met het idee voor KIT, kortweg Knappe Instructie bij Tandenpoetsen. De ambitie was helder: cliënten de mogelijkheid bieden zelfstandig hun tanden te poetsen, met een goede instructie, zodat mondklachten binnen de verstandelijk-gehandicaptenzorg worden teruggedrongen. Uit een rapport van Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd was gebleken dat mondzorg in de VG echt beter kan.

Een gebit dat licht geeft en praat

KIT is een gebit op ware grote met licht en geluid. Het ondersteunt je verbaal en visueel bij het poetsen van het hele gebit. Je hangt het gebit aan de spiegel, drukt op de knop en het gebit loodst je al pratend en knipperend van de ene kies naar de andere, van achter naar voor en van de zijkant naar de bovenkant.
Samen met een productontwikkelaar is het product daadwerkelijk ontwikkeld en zijn we een pilot gestart.  Een mogelijkheid om data uit te lezen over het gebruik van KIT door de deelnemer werd ook toegevoegd aan de proefversie van KIT. Deze gegevens, samen met gegevens uit observaties van begeleiders en de mondhygiëniste, gaven inzichten die we konden meenemen in de verdere ontwikkeling.

Resultaten pilots

Voor de volgende stap is het noodzakelijk om meer pilots te organiseren. KIT is ook getest bij cliënten van een andere zorgaanbieder en bij een mondzorgspecialist. De werkdruk bij begeleiders in de zorg maakt dat het bij alle drie de partijen soms niet lukt om voldoende gegevens over het gebruik van KIT te verzamelen. Bij de laatste testronde maakte corona het daarnaast ook nog eens moeilijker om de gewenste testresultaten te krijgen uit de pilot. Metingen door de mondhygiënist op de plaque en bloedingsindex waren bijvoorbeeld niet mogelijk. Deze metingen die scoren op tandplak en ontstoken tandvlees, geven een goed beeld van de mondhygiëne en zijn een goede methode om te achterhalen of er in de weken daarvoor goed is gepoetst.

Gespetter uit de mond

Tegelijkertijd werd ook duidelijk dat begeleiders in KIT een handig hulpmiddel zien om cliënten op veilige afstand te begeleiden bij het tandenpoetsen. Immers is helpen bij het tandenpoetsen een handeling waarbij veel gespetter (uit de mond) kan ontstaan. En uit de laatste pilotresultaten bleek ook weer hoe door het gebruik van KIT de cliënten meer eigen regie ervaren. Begeleiders zijn vaak te druk in de ochtend- en avondspitsuren om cliënten voldoende te begeleiden bij het tandenpoetsen. KIT als hulpmiddel bij het tandenpoetsen levert ook nog eens tijd op voor de zorg.

Nieuwe data uit onderzoek nodig, wie helpt?

Deze veelbelovende waarde-propositie wordt voor marktpartijen pas interessant als we kunnen aantonen met data uit gedegen onderzoek, dat KIT daadwerkelijk op een positieve wijze bijdraagt aan de mondgezondheid. Daarom zijn we nu op zoek naar een hogeschool of universiteit waar studenten verder onderzoek kunnen doen met KIT naar het effect op de mondgezondheid en de ervaren eigen regie door cliënten.

Andere partijen nodig

Daarmee zijn we er nog niet. Om KIT nog meer ondersteunend te laten zijn voor mensen met een beperking is een aantal aanpassingen aan KIT nodig. Daar zijn weer investeringen mee gemoeid. Met hulp van Stichting Voorzorg Utrecht, het prijzengeld van de VG Hackathon, de Pier de Boer prijs en eigen investeringen van Abrona hebben we het ontwikkeltraject tot nog toe kunnen bekostigen. Voor een zorgorganisatie als Abrona is het niet realistisch om te blijven investeren in een productontwikkeling als KIT. En als daar dan geen marktpartij voor te vinden is, dreigt KIT, ondanks dat het een veelbelovend hulpmiddel is, niet van de grond te komen.

Samenwerken in de VG

Hoe kunnen we meer samenwerken in de VG om dit soort innovaties verder te brengen? De lange adem, een specifiek netwerk, investeringen die nodig zijn alsmede de kennis van productontwikkeling, onderzoek en opschaling, vragen om een bundeling van krachten. Het duurzaam organiseren van een Research & Development platform voor innovaties in de hele VG-sector zou wellicht een katalysator zijn en innovatie in de sector kunnen versnellen. Vergelijkbaar met grote bedrijven in de techniek en de maakindustrie (en een paar grote VG-organisaties) die een speciale afdeling binnen hun organisatie hebben voor Research & Development.

Wie doet er mee?

Terug naar KIT. Wie doet er mee en neemt de volgende stap in onderzoek en ontwikkeling van KIT!?

Informatie

Neem contact op met helena.neven@abrona.nl, beleidsadviseur bij Abrona. Lees hier meer informatie. 

Deze pagina is een onderdeel van: