Nieuws

Beschermd wonen voor mensen met een beperking nog niet goed geborgd in de Wmo

16 januari 2018

De VGN ontvangt regelmatig signalen van leden dat mensen met een beperking met een (tijdelijke) vraag voor beschermd wonen tussen ‘wal en schip’ vallen na de decentralisaties. De VGN heeft HHM gevraagd een onderzoek uit te voeren om meer zicht te krijgen op de knelpunten en mogelijke oplossingen. Het onderzoek van HHM bevestigt dat mensen met een beperking met een behoefte aan tijdelijk verblijf in een beschermende woonomgeving op dit moment niet altijd passende ondersteuning krijgen. Deze complexe ondersteuning is nog niet goed geborgd in de Wmo.

wonen

HHM constateert in haar onderzoek dat er cliënten zijn met een behoefte aan tijdelijk verblijf - van maanden tot enkele jaren - in een beschermende woonomgeving tussen wal en schip vallen. Het gevolg is dat, op dit moment, aan cliënten (en hun naasten) passende zorg en ondersteuning wordt onthouden. De volgende groepen zijn in het onderzoek naar voren gekomen:  

  • Jongvolwassenen die de overgang willen maken naar een meer zelfstandige situatie;
  • Volwassenen die een revalidatietraject hebben afgesloten, 
  • Volwassenen met een behoefte aan logeren, respijtzorg.

Het gaat bij bovenstaande groepen veelal om mensen met niet aangeboren hersenletsel (NAH), maar deze knelpunten spelen ook voor mensen met een lichamelijke beperking, een zintuiglijke beperking, mensen met MS, chronisch neurologische aandoeningen of ademhalingsondersteuning.

Onderzoek LVB 18+

In het onderzoek zijn mensen met  een (licht) verstandelijke beperking buiten beschouwing gelaten, omdat die al in een eerder onderzoek door HHM in beeld zijn gebracht. Zie: Onderzoek LVB 18+: Tijdelijke behoefte aan een beschermende woonomgeving in kaart gebracht.

Juiste toegang en passende ondersteuning

HHM concludeert dat het belangrijk is om recht te doen aan de signalen en om de knelpunten op te lossen. HHM geeft aan dat de Wmo hiervoor het best passende kader is vanwege de tijdelijke behoefte aan een beschermende woonomgeving. Gemeenten en aanbieders zullen dus gezamenlijk moeten optrekken in het werken aan oplossingen. HHM adviseert onder meer om kennis en expertise meer te delen, zodat er meer erkenning en aandacht komt voor mensen met een beperking met een tijdelijke vraag naar beschermd wonen en te werken aan een juiste toegang en passende ondersteuning. 

De eindrapportage van HHM 'Tijdelijk verblijf gehandicapten in de Wmo; inventarisatie van clientgroepen, knelpunten en oplossingen' is als bijlage bij dit artikel te vinden.

Maartje
Wil je meer weten?
Neem contact op met Maartje van der Rijt