CAO Gehandicaptenzorg 2021-2024
Hoofdstuk 2: Het aangaan en beëindigen van de arbeidsovereenkomst
-
-
De arbeidsovereenkomst wordt schriftelijk of digitaal aangegaan en gewijzigd. De werkgever draagt zorg dat beide partijen binnen twee weken na het sluiten of wijzigen van de overeenkomst een door beide partijen ondertekend exemplaar ontvangen van de arbeidsovereenkomst of de wijziging daarvan.
-
De overeenkomst vermeldt:
-
-
-
De werkgever is verplicht bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst deze CAO in digitale vorm aan de werknemer ter inzage te laten zijn. Hetzelfde geldt voor iedere, na de indiensttreding van de werknemer, nieuw te verschijnen - gewijzigde - CAO. Indien de werknemer daarom verzoekt, wordt de CAO in schriftelijke vorm aan hem verstrekt.
-
-
-
De arbeidsovereenkomst wordt als regel voor onbepaalde tijd aangegaan.
-
-
-
Op een reeks arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd is artikel 7:668a BW van toepassing.
-
In afwijking van het bepaalde in lid 1, is artikel 7:668a BW niet van toepassing op tijdelijke arbeidsovereenkomsten die uitsluitend of overwegend worden aangegaan omwille van educatie niet zijnde een BBL-opleiding.
-
-
-
Het gebruik van nulurencontracten wordt maximaal teruggedrongen.
-
Nulurencontracten worden niet gebruikt tenzij sprake is van:
-
-
-
De arbeidsovereenkomst eindigt:
-
met wederzijds goedvinden;
-
wanneer de werknemer de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt;
-
-
-
-
a.
-
-
-
De werkgever kan de werknemer voor een periode van ten hoogste 3 weken op non-actief stellen, indien naar het oordeel van de werkgever de voortgang van de werkzaamheden - door welke oorzaak dan ook - ernstig wordt belemmerd.
-
-
-
De werkgever kan de werknemer voor ten hoogste een week met behoud van salaris schorsen, om zodanig ernstige redenen dat voortzetting van de werkzaamheden door de werknemer naar het oordeel van de werkgever niet langer verantwoord is. De schorsing wordt onverwijld, gemotiveerd en bij aangetekend schrijven aan de werknemer ter kennis gebracht of bevestigd.
-
-
- In geval van overlijden van de werknemer wordt door de werkgever aan:
- de echtgeno(o)t(e) of relatiepartner, van wie de werknemer niet duurzaam gescheiden leefde, en bij ontstentenis van deze aan;
- diens minderjarige kinderen, en bij ontstentenis van deze aan;
- degene ten aanzien van wie de werknemer grotendeels in de kosten van het besta
- In geval van overlijden van de werknemer wordt door de werkgever aan:
-
In de bepalingen van het pensioenreglement Stichting Pensioenfonds Zorg en Welzijn worden de rechten en de verplichtingen van werkgever en werknemer geregeld, die betrekking hebben op de voor de werknemer geldende pensioenregeling, inclusief de regeling inzake de vaststelling van de hoogte van de jaarlijkse premie. De verdeling van de pensioenpremie wordt door CAO-partijen bepaald.
-
In de bepalingen van het Reglement Collectieve Ziektekostenregeling van de Stichting IZZ (in samenhang met de Verzekeringsvoorwaarden IZZ Basispakket en Verzekeringsvoorwaarden IZZ aanvullende verzekeringen) worden de rechten en plichten van de werkgever en de werknemer en de voorwaarden voor deelneming geregeld die betrekking hebben op de Collectieve Ziektekostenregeling IZZ.